Burchstrengh

Harman Jacobsz van der
Bel

Pancraes Kerckhoff in de
Poort

BB 16 ^b

is mittet naest volgende bij Harman Jacobsz van der Bel vercost aen Davidt de Urssijns hoedecramer geastert mit eenige
renten die welcke mitt cooppenningen sullen werden aff gedaen om een rente van XIJ g[u]l[den] X st[uiv]ers ende noch V^c XV g[u]l[den] te bet[alen] mit een
sestepaert s[iaa]rs meije 1624 t j[jar]e beijde bij overstelling ten behoeve van O[] ^r Henrick degeanhoost ende Cornelis Quijrijsz
Vissendael ende is elck pertije verbonden voor de helfte van de renten alleen ende pertien voor VIJ^c g[u]l[den] emde t volgende voor

de rente hier van XIJ g[u]l[den] X st[uiver]s bij de custing                

30.11.1623

II^c XV g[u]lden custings dese verbantbr[ief] is hier gecassert vertoont den 24.1.1648 vab V^c XV g[u]l[den] sijn hier gecasseert vertooont den
is mittet volgende bij Davidt des Urssijns sp[eciaal] verbonden als borge voor Michiel des Urssijns sijn boreder benevens sijn
huijs inde corte corsteech voor de restitutie van XIIJ^c g[ul[den] bij hem ter weescamere van sgravenhage gelicht over de portie
van sijne erffenisse van Pietertjgen Crijnes sijn schoonmoeder inde den tijt ende wijlen iemand sich openbaerde beter daer
gerechticht toe sijnde

30.11.1648
 
 
 
30.7.1648

is ^{als boven} bij Davidt des Urssijns beneffens sijn huijs inde P[]^rs korsteech sp[eciaal] behuut een losrenten XXXVIJ g[u]l[den] x st[uive]rs ts[iaa]rs vallende den XX^en

16 .3.1649 X X 137

de nevens gemelte rente
brieff vermist werdendeH
te weten van XL g[u]l[den]sj[aa]rs ten
behoeve van Frederick des
Ursijns is daer ^vanbij David
des Ursijns duplicaet verlede
daermede eenige novatie te
introduceren
de gecass[eerde] duplicaet brieff
is alhi[ie]r verth[oond] den 8.7.1665

martij vrij doervlie[?] naer gelaten kinderen van Marijtgen Gijsbertsdr de Haes de gecass[eerde] rentebr[ief] van XXXVIJ g[u]l[den] X st[uiver]rs t s[iaa]rs is alhier
is bij hem als vooren sp[eciaal] bel[ast] met een losr[ente] van XL g[u]l[den] huedervallende den XIJ^e meije om Frederick des Urssijns^{verth[oond] den 8.7.1665}losbaer met VIIJ^c g[u]l[den]
is bhij hem als voorsz[egd] sp[eciaal] bel[ast] met een losr[ente] van C [g[u]l[den] sjaers vallende den XX^en november om Dirck van Hoolerff ende
Reijnier tChaep coopluijden tot Amsterdam
is ^{als boven} als vooren bij Davidt Ursijns^{beneffens sijn huijs in de O Poortsteech} belast met een losr[ente] van XXXJ gul[den]V st[uive]rs sjaers verschijnen den XIIJ^en Januarij om Davidt
Ursijns de jonge losbaer met V^c gul[den] de gecass[eerde] brieff van XXXJ g[u]l[den] V st[uive]rs j[aa]rs is alhier den 17:7:1665
is bij hem als vooren beneffen sijn huijsinge inde Hoorsteech so bel[ast] met een losr[ente] van L gul[den] t sjaer om d[omine] Harmanus
Ursijns losbaer met VIIJ^C gul[den] de gecass[eerde] brief van L g[u]l[den] sjaer is alhier verth[oont] den 17:7:1665
is mettet volgende bij do[minee] Hermanus Urchijn cum socijs kint kints kinderen ende onder benefitie van inventar[is]
erffgenamen van Davidt Urchijns den ouden vercost aen Annetge van Halteren vrij om eerst IIJ^c g[u]l[den] gereet
en noch een custinghb[rief] van XL g[u]l[den] te betaelen met CL g[u]l[den] sj[aa]rs meij 1666 t j[aar] telckens mette interest van
t onbet[aalde] jegens den pen[ningen] XXtich bij overstell[en] aen Daniel de Rouw
....

18 
12.5.1649 E E 164 X 
 
20.11.1652 g g 33
   h h 5 verso
12: 12:1653
 
 
12: 12:1653
 
16.5.1665
 
....
 

BB 16 ^b

Davidt des Urssijnshoede
cramer siet van de lasten
ende cope opt voorgaende

Burchstrengh
 

Pancraes Kerckhoff in een
Poort

LXXJ