is opgesz

 
 
 
 
 
 
"voor een sesterp[ar]^t
 
 
 
 
 
 
 
 
 
mit mij notario als
haer gecoren voocht in desen
in dier qualite
mede voor een seste
part

 
 
 
 

" Adriaen Dircxs van
  Lis so voor hem selven
  als vervangende ende hem
  strarckmaeckende voor de
  verdere vijff kinderen
  van
 
# getrout is geweest
  mette weche van Engel
  Jacobsz die een
  soon was van Marijtgen
  Engels voorn[oemd] in dier
  qualite voor t laetste VJ^e
  paert

166

Op huijden den XXJ^en februarij a[nn]o 1654 so compareerden
voor mij Daniel van Bouchhorst openbaer natoaris bij den
hove van Hollant geadmitteert residerende binnen de
herlicheijt van Noortwijck mitsgaders voor den onderges[chreven]
getuijgen Engel Thonisz van Duijndam wonende
in den ambachte van Noortwijck ten eenre mitsgaders
Engel Corn[elis]z van Duijndam naergelaten soone
van Corn[eli]s Engelsz soo voor hem selven als vervang[en]t
ende hem starck maecken[de] voor sijn suster ende
broeder ofte der selver kinderen " Pieter Corn[elisz]
de Groot als voocht over Reijmpgen Corn[elis]dr
naergelaten weesakinmt van Annitgen Leenders die
een dochter was van Leendert Engels^{mede voor een VJepart}Adriaen
Clemments als naergelaten soone van Commertgen
Engelsz of soo voor hem selven als in desen en vervangende
ende hem starck maeckende voor Engel Clemmentse
sijn broeder mede voor een sestepart mitsgaders
noch de selve Adriaen Clemmentsz als voocht
van de kinderen van za[liger] Jan Engelsz bij namen
Annitgen en Jaepgen Jans hier " Engel ende
Corn[elis] Jeroenszen"^{" voor haer selven}mitsgaders Jannitgen ende
                               "mede voor haer selven geas[isteer]t met mij notario als haer gecoren voocht in desen
Leentgen Jeroensdr " t samen kinderen van Engeltgen
Engelsdr soo voor haer selvenals ^oock vervangende ende
haer starck maeckende voor haer susters kinderen
t samen kinderen Engeltje Engels
in dier qualite voor t __ setepart nutsgaderes
Jacob Floris^{van Lis[se]} voor hem selven als vervangende Corn[elis] Joosten
sijn swager " Dirc ^Jacobs Jacobszvan Heemskerck mede wo Engel Jacobsz
als getrout hebben[de] de dochter van Engel Jacobsz alle kints "
kinderen van Marijtgen Engelsdr en Dirck Leendertsz die #
alle^{te samen} broeders ende susters kinderen oft kint kinderen
van Thonis Engelsz van Duijndam za[liger] die
buijten testamentes sijn erfgenamen souden hebben
geweest"^{" van voorsz[egde] Thonis Engelsz}in dier qualite ter andere sijde verclaerden
also de voorn^selven Thonis Engelsz van Duijndam bij
sijne testamentaijre dispositie in dato den XXIJ^en
feb[ruari] 1635 tot sijn universele ende algeheele erfgen[aam]
geinstitueert hadde in alle sijn naer te laten goederen
soo roerende als onroerende de voorsz[egde] Engel Thonis
van Duijndam sijn natuijrlicke soone onder sulcken
verstanden nochtans soo de voorn[oemde] Engel Thonis quamen
te sterven sonder wettige blijvekende geboorte van sijnen lijve
gecomen naer te laten dat de overgebleven goederen
van hem comparant gecomen sijnde in sulcken gevalle
wederom gaen succederen ende erven souden aen vrunden
 

 ^Engel

ende sijde van hem testateur die als daen in levende
lijve sullen sijn om bij henen gepaert te sullen werden
volgende t recht van den lande ende het jegenwoordich
sulcx sij dat de voorn[oemde] Engel Thuonisz van sijne
schulden te redden geaeren de voors[zegde] woninge ende
landen hem bij doode ende overlijden van voors[egde] sijnen
vader aengecomen sijnde soude vercoopen ende te gelden
maecken t welck bij den voorsz[egde] broeders ende susters kinderen
van voorsz[egde] Thonis Engesz uijt crachte van dat
hij Engel sonder kinderen mocht komen te sterven
( niet jegenstaende hij jegenwoordich vier kinderen in
levende lijve laest) sonder mogen werden verhindert
so verclaerden sij comparanten dienaengaende metten voorn[oemde]
^thoniszanderen geaccordeert overgecomen ende verdragen te
sijn in vougen ende manieren hier naer volgende
de voorsz[egde] susters comparanten wesende de susters
ende broeders kinderen ende kints kinderen van voorn[oemde]
Thonis Engesz soo voor haer selven als mede
voor haren erven ende nacomelingen # mette voorn[oemde]
Engel Thonis van Duijndam geaccordeert
overgecomen ende overdragen te sijn als namentlicken
dat sijluijden voor haar en harl[ieden ?] voor ^{ende nacomel[ingen]} affstant souden
doen van sodanich recht van erffenisse ofte
besterffenisse als henluijden bij doode ende overlijden
van voorsz[egde] Engel Thonisz sounder kinderen "^{"naer te Laten} als
vooren"^"stervendein tijden ende wijlen"^{"in den jaere}soude mogen comen
opte sterven als daer van desstervende ende
voldomen affstant doende mitsdesen belovende hem
metten voorsz[egde] testamente nimmermeer te sullen
behelpen nochte gehengen gedaen te werden bij huer
off haren erven in rechte noch daer buijten onder
verbant van haer persoon ende geoderen tot bedwang
van allen rechteren consenterende "^{"voorts aen} de voorn[oemde] Engel
Thonisz dat hij alle de goederen van voorn[oemde]
sijn vader"^{gecomen sijnde}vrij sal mogen vercopen onder
sulcken verstande nochtans datte vorosz[egde]
Engel Florisz "^{"belooft heeft gelijck hij belooft bij desen}henluijden uijtel[ijk] tweeden
termen van[de] voorsz[egde] vercopinge"^{"dat is te verstaan naert recht toecomende}sal opleggen ende
betalen en sall voorde voorsz[egde] hare actie"^{"aen elck staeck in g__n[?] wesende t samen}eens een
somme van XIJ^C car[oli] g[ulde]n als in XL groten t stuck
en dat onder vverbande als vooren van alle sijnde goederen tot bedwant ende excutie als voren
aldus gedaen opte woning van voorsz[egde] Engel Thuenisz ter presentie
van Jan COrnel[isz] schepen ende M G van Laenchuursijn[?] als getuijgen waerdich in gelove
Adrijaen Clements        Pieter Cornelis
Leentgen Jeroens                Cornelis Jeroensz van der Werf
Jaengem[?] Jrons                      Jacob Florisse
Engel Coernelissz                      Engel Jacobsz