wij Gerard Post bailliuw en schout     284
der heerlijkhijt Obdam Pieter Ruijter en
Oolf Backer schepenen aldaar doen te weten
dat voor ons gecompareert is Teunis So
merdijk wonende tot Spanbroek de welke
verklaarde te hebben verkogt en dienvolgen
de opte dragen ende transporteren aan Pieter
Cornelis Boots woonende op Spierdijk een
stuck landt leggende in Obdam genaamt
de Voornelle groot / 1050 roeden belent
met de wed[uw] ^e Gerrit Agricola ten westen
en Gerrit Kramer ten Oosten van welke
verkoping ende transport bekende den com

solv[i]^t den XL^e penn[ing]
met f 10-17- 8
1/10 verho[ging] 1- 1-12

parant al geheel voldaan en wel betaalt te
zijn den laatsten penn[ingen] met den eersten en
dat met een zomma van vierkhondert vijf
en dertig gulden belovende oversulks het voorsz[egde]
stuklandt te zullen vrijen ende weerne voor
alle evictien op en aantaal die daar op soude
mogen werden gedaan soo men na regten
ende costuijmen deser heerlijkhijt schuldig
is te doen
daar voor verbindende zijn comparants
persoon en de goederen geene van dien uitjge
sondert stellende deselve ten bedwange van
alle heeren hoven regten ende regteren
in teken der waarhijt is uijtgegevene
deses door den officier voorn[oem]t gezegelt en bij
schepenen gelijk dese geondertekent
actum den 24 feb[rua]^re 1751

Gerard Post
      P[iete]r Ruijter
       Oolf Bakker