. . . . dese pen[ningen] heeft Pieter Corn[elisz] in rekeninge ghe bracht ende vold daen ende sij beijde voochden ende weesm[eesteren] van Schagen wed[uwe] uitgestelt | LX . . . . Op Huijden den XXIJen martij soe bekende Jan Pietersz Jerusalem, Sophie Willem Walichs kijnt daer sij bij Garbent Aelbetsz van Schagen geteelt heeft ghenaemt Aelbert Garbrants schuldich te wesen die som[m]a van vijftich
karolus guldens veertich groten vlaems voorn[oemde] kar[oli] gulden gerekent welcke penningen Jan Pietersz sal mogen houden op renten om drie der versz[egde] guldens siaers verschijnende alle jaeren inde twalef nachten ende ingevalle Jan Pietersz versz[egd] dese voorn[oemde] hooftpen[ningen] begeerde op te leggen off de voochden van Aelbert Gartentsz versz[egd] begeerde opgeleijt te hebben soe sullen sij marcander een vierendeel iaers te vooren waerschouwen ende sullen de voorn[oemde] hooftpen[ningen] mogen winnen als wiickuert gelt gheschiet in presentie van Pieter Cornelisz, Jonge Jaep Cornelisz, Pieter Willemsz alle poortere tot Nijedorp ende Evert Willemsz nutertijt poorter tot Eemden
Claes van Buijten An[n]o ut supra soe bekende Jacob Pieter Cornelis dit voorn[oemde] kijnt genamt Aelbet Garbents schuldich te wesendrie twe ende dertich karolusgulden ten prijse als boven welcke pen[ningen] Jacob versz[egd] sal houden op renten om twee der versz[egde] guldens siaers verschijende karstijt ende ingevalle dat Jacop Pietersz dese hooft pen[ningen] begeerde op te leggen ofte partijen begeerde opgeleijt te hebben soe
sullen sij marcand[eren] een vierendeel iaers te vooren waerschouwen ende sullen dese hooftpenningen mogen winnen als wilckeurt gelt geschiet in presentie van getuijgen als boven Claes van Buijten Jan Pieter Cornelis Jerusalem bekende op jaer ende dach als boven Pieter Willem Harckes zijnen swager schuldich te wesen die som[m]a hondert kar[oli] guldens van veertich groten t stuck welce pen[ningen] Jan Pietersz versz[egd] sal mogen
houden op renten een jaer lanck ofte tstaet langer bij moede van partije om honder ses kap[itaal] guldens ten prijse als voore siaers verschijnen[de] karsmisse ende ingevalle Jan Pietersz versz[egde] dese voorn[oemde] hooftpen[ningen] begeerde op te leggen of Pieter Willemsz voorn[oemd] begeerde op geleijt te hebben soe sullen sij malcander een half vierendel jaers te voore waers schouwen ende sal Pieter Willemsz voorsz[egde] dese voorsz[egde] pen[ningen] mogen winne als wilkuert gelt ende is gehschiet in presentie van Pieter Cornelisz Jonge Jaep ende Evert Willemsz als getuijgen
Claes van Buijten |