Wij Herman Zwaerdecroon not[ari]s s hoofs van Utrecht versochte dedingsman van Frans Cornelisz
jongman timmerman wonen[de] onder de noort geass[isteer]t metten selven toecommen[de] bruijdegom ter eenre Cornelis Arisz Neeff vader van Emmechen Corn[elis] jonged[ochte]r uijt name van selve toecomen[de] bruijt ter andere sijde doen te weten dat wij ter eere godes tusschen de versz[egde] toecomen[de] echtel[ieden] gededingt en gesloten hebben een echtel[ijk] houwel[ijk] twelck parthijen elcanderen beloven eerstdaechs na kercken ordeninge te sullen voltrecken op conditien navolgen[d] inden eersten brengt den toecomen[de] bruijdegom tot advanchement des houwel[ijk] aen alle alsulcke goederen als hij jegenwoor- dich is possiderende ter somme van duijsent gul[den] waer jegens den voorn[oemde] Corn[elis] Arisz Neeff met sijn
dochter (de bruijt) tot bevorderinge alsbovenbelooft mede te geven die somme van vijff hondert gul[den] in gelt boven de clederen in cleijnodun met t gout en silverwerck t haren lijve behorenen eenbedt met sijn toebehorendies sijn coniten dat ingevalle de bruijt den bruijdegom t eeniger tijt overleeffde sonder geboorte uijt dese huijwel[ijk] verwect na te laten dat in sulcken gevalle (gel[ijk] oock in cas van nagelatene geboorte) alle de goederen des boedels soo aenge bracht als aen te besterven sullen wesen deijlbaer ende gemeen doch dat de bruijt sonder geboorte als vorens de langstlevende sijn uijt haer mans gereetste goederen voor uijt trecken sal de somme van twee hondert gul[den] ende ingevalle den bruijdegom t eeniger tijt sonder
geboorte als boven de bruijt qua te me te overleven dat des bruijts erffgen[aam] als dan wederom sullen na haer nemen die vers[zegde] aengebrachte vijff hondert g[u]l[den] mette aen te bestervene goederen vande bruijts sijde en de clederen en cleijnodien ende gout ende silverwerck t haren lijve behorendemet t bedt hier boven verhaeltblijven nu allen gevalle winste en verlies staende huwel[ijk] te vallen tot gemeen profijt en schade resp[ectieve] op welcke versz[egde] conditien parthijen contrahentenhun voorgenomen houwel[ijk] bij dese elcanderen beloven eerstdaechs na kercken ordeninge te sullen voltrecken en solemniseren t oircon[de] dese bij deselve ende die vers[zegde] de,, dedingsl[ieden] ond[erteken]t den XIIJen april XBJC
vier en t sestich Frans Kornelissen Corn[elis] Adri[aansz] Neeff 1664 H Zwaerdecroon |