Eerste blad   Vorig blad Blad 544 van 627 bladen.Schema bron   Volgend blad   Laatste blad


30480    Jan (Jan) MIJSE [2208] (code: 2^14+14096).
Geb. ? te ? Ged. ? te ?
Overl. ? te ? Begr. ? te ?
Otr. [791] ? te ? Tr. ? te ? Tr. kerk ? te ?
30481    ? (?) ? [2209] (code: 2^14+14097).
Uit dit huwelijk:
   1. m  Klaas (Klaas) Jansz MIJSE [2204] (code: 2^13+7048), geb. ? te ? (zie 15240).

30484    Harmen (Harmen) van OTTEN [5347] (code: 2^14+14100), chirurgijn.
Geb. ? te ? Ged. ? te ?
Overl. ±02-1602 te ? (bron: ?), begr. ? te Leiden (bron: ?).
Zn. van ? (?) van OTTEN [32560] (code: 2^15+28200) (zie 60968) en ? (?) ? [32561] (code: 2^15+28201) (zie 60969).
- In 1565 wordt Herman van Otten al vermeld als chirurg in Ieper (bron: Belgische bibliografie, Volume 3) bron
- Op 28-05-1565 wordt Herman van Otte vermeld als oudering ten Ieper. (bron: Mémoire justicatif du magistrat d'Ypres) bron
- Op 13-06-1567 wordt Herman van Otte vermeld als oudering ten Ieper. (bron: Mémoire justicatif du magistrat d'Ypres) bron
- Op 04-04-1567 wordt Mr Herman van Otte ontboden voor de schepenen van Ieper. Meer verwijzingen naar hem als chirurg (bron: Documents du XVIe sie'cle, faisant suite a' l'inventaire des chartes) bron
- Op 09-06-1567 wordt Mr Herman van Otte vermeld als schepenen van Ieper. Meer verwijzingen naar hem als chirurg (bron: Mémoire justicatif du magistrat d'Ypres) bron
- Op 31-01-1568 word Herman van Otthem vermeld gehuwde chirurgijn uit Friesland (bron: Mémoire justicatif du magistrat d'Ypres) bron
- Op 17-03-1575 is Herman van Otten teruggekeerd uit Engeland i.v.m. de Pacificatie van Gent [die is echter pas op 08-11-1576 getekend]. (bron: Westhoek01-10) bron
- Op 31-01-1576 wordt Herman van Otthem vermeld als schepen (bron: Mémoire justicatif du magistrat d'Ypres: sur les troubles, vol 1-2) bron
- Op 17-12-1578 wordt Herman van Otten vermeld als kapitein van een kwartier binnen de stad Ieper. Op dezelfde datum legt hij ook een eed af voor Jaen Thevelin (bron: Westhoek01-10) bron
- Op 23-12-1578 is Herman van Otten een van schepenen die door het nieuwe calvinistische stadsbestuur van Ieper is aangesteld.
- Op [14]-06-1579 wordt Herman van Otten aangesteld tot schepen van Ieper (bron: ?)
- Op 07-12-1579 wordt Herman van Otten vermeld als ontvanger van goederen van Sint Maarten (bron: historiques inédits concernant les troubles des Pays-bas, Volume 2) bron
- Op 03-11-1583 wordt Herman van Otten vermeld als chef van de burgerwacht van Ieper. Ieper wordt dan al vanaf augustus belegerd. Hij weigerd in eerste instantie om schotse troepen binnen te laten in de belegerde stad die wordt geteisterd door hongersnood en de pest. Op 11-11 wordt hij weer vermeld nu in verband met de arrestatie van samenzweerders. (bron: dagboek van Augustijn de kronieken van Westhoek deel 8)
[- In 04-1584 geeft de stad Ieper zich over aan de troepen van Alexander Farnese [Hertog van Parma]. De stad kreeg een dwangsom van 20000 gulden als borg werden de raadsheren Michiel Baelde, Daniel Langespee, Herman van Otten en Pieter De Wilde als gijzelaars gearresteerd. Daar het stadsbestuur in gebreke bleef en om vrij te komen betaalden ze de som dan maar zelf. Hun erfgenamen werden nooit door de stad vergoed (bron: wikipedia Michiel Baelde)
- Op 31-12-1585 verklaring op verzoek van Herman van Otthen die samen met 3 andere gevangen gezet is te IJperen door de hertog van Parma. De verklaring wordt te Leiden opgesteld door andere vluchtelingen uit IJperen (bron: ONA Leiden inv nr 50 fol 254v) transcriptie
- Op 09-01-1586 getuigen verklaring op verzoek van Herman van Otten, Michiel Baelde, Pieter Oliviersz de Wilde en Daniel Longerpeer. De verklaring door personen uit de Raad van 27 van IJperen en notabelen van IJperen gaat over de val van de stad tijdens het beleg door de hertog van Parma op 09-04-1584. Vier personen, op dat moment nog niet bekenden perzonen zouden als onderpand dienen voor het vrije vertrek uit de stad van de andere (bron: ORA Leiden inv nr 79b fol 133v) transcriptie
- Op 10-08-1588 verklaring over Nicolaas Uitenhoek die samen met Harmen van Otten, Pieter de Wilde en Michiel Balde vast zat in Doornik na de val van de stad IJperen. (bron: ORA Leiden inv nr 79c fol 188v) transcriptie
- Uit eind 16de eeuw bevind zich ook een akte met een verzoek aan de engelse koningin Elisabeth over de vrijlating van ene Harman van Otten uit Ieper die gegijzeld word door de "Duke van Parma" (bron: Catalogue of the Lansdowne Manuscripts)] bron
- Op 20-03-1591 getuigenis van Franchoijs van Damme (36) velleploter uit Ieper. Hij was aanwezig bij de overdracht van 15.000,- gulden voor de vrijlating van Harmen van Otten, Daniel van Langespeer en Michiel Baelde. Zij hebben na de overgang van de stad Ieper in handen van de Prins van Parma ongeveer 9 maanden vast gezeten in het Kasteel van Doornik onder luitenant "Alixander Cechini" (bron: ORA Leiden inv nr 79d fol 254) transcriptie
- Op 08-08-1591 wordt Herman van Otten vermeld in Londen (bron: Returns of aliens dwelling in the city and suburbs of London from the reign of Henry VIII to that of James I) bron
- Op 07-05-1593 wordt ene Harman van Otten uit Emden vermeld als poorter te Leiden. Borgen zijn Frans van Damme en Jan van Damme beiden uit Ieper (bron: Poorterboek Leiden inv nr 1266) bron
- Op 13-05-1593 krijgt Herman van Otten van het stadsbestuur van Leiden toestemming om als steensnijder / breuksnijder te werken. Patienten zijn Jacob (12) zoon van Francois Double en Maike Matheu en Boudewijn (4) zoon van Rachel van Rijssel en Quintijn Fontein (bron: SAII Leiden inv nr 501a-46 fol 312v) transcriptie
- Op 21-05-1593 krijgt Herman van Otten van het stadsbestuur van Leiden toestemming om als steensnijder / breuksnijder te werken. Patient is Abraham (8) zoon van wijlen Hendrik Kares en Maijke (bron: SAII Leiden inv nr 501a-46 fol 315v) transcriptie
- Op 25-05-1593 krijgt Herman van Otten van het stadsbestuur van Leiden toestemming om als breuksnijder te werken. Patienten zijn Bouwen Teunis (1 1/2 zoon van Teunis Bouwensz en Ijda Jans en Laurens van den Hagen zoon van Pieter van de Hagen en Maike Pandous uit Ieper. De broer van IJda, Wouter Jansz en de broer van Pieter van den Hagen, Jacques van den Hagen worden ook vermeld (bron: SAII Leiden inv nr 501a-46 fol 316) transcriptie
- Op 30-06-1593 krijgt Herman van Otten van het stadsbestuur van leiden toestemming om als steensnijder te werken. Patienten zijn Jan Flameng (4) zoon van Christiaan Fameng uit Bondue en Pierome Liot van Ronse en Elias [Lambrechtsz] Gijs (4) zoon van Lambrecht Gijs en Jacobina Glijs (bron: SAII Leiden inv nr 501a-46 fol 322) transcriptie
- Op 18-11-1593 krijgt Herman van Otten van het stadsbestuur van Leiden toestemming om als steensnijder te werken. Patient is Jacob Gielis (3) zoon van Gielis Jans en Neeltje Florens dochter vans Floris Cornelis en Marijtje Vincents (bron: SAII Leiden inv nr 501a-47 fol 2) transcriptie
- Op 02-06-1594 krijgt Herman van Otten van het stadsbestuur van Leiden toestemming om als steensnijder te werken. Patient is Jan [Gerritsz] Hendriksz (3) zoon van Gerrit Hendriksz en Maartje Adriaans en kleinzoon van Hendrik Gerritsz (bron: SAII Leiden inv nr 501a-47 fol 47) transcriptie
- In 1595 wordt Harman van Etten gekozen tot homan (bestuurslid) van het Chirurgijnsgilde. (bron: SAII Leiden inv nr 501a-923 fol 114v) bron
- In 1596 wordt Harman van Etten gekozen tot deken (voorzitter) van het Chirurgijnsgilde. (bron: SAII Leiden inv nr 501a-923 fol 139v (deken). bron ;
- Op 22-04-1596 krijgt Herman van Otten van het stadsbestuur van Leiden toestemming om als steensnijder te werken. Patienten zijn Klaas Simonsz (3) zoon van Simon Pietersz en Aaltje Klaas van Assendelft en Simon van Walstappele (10) zoon van Gideon van Walstappele en Francijntje van Balstappele (bron: SAII Leiden inv nr 501a-47 fol 399) transcriptie
- Op 29-08-1596 krijgt Herman van Otten van het stadsbestuur van Leiden toestemming om als steensnijder te werken. Patient is Robbrecht Scheldewaart (12) zoon van Cateline en Robbert de Vos. (bron: SAII Leiden inv nr 501a-48 fol 41v) transcriptie
- In 1600 wordt Harman van Otten vermeld met een gedwongen lening (bron: stadsarchief Leiden II inv nr 3989 fol 57) bron
- Op 01-02-1610 wordt meester Harmen Otten vermeld als een van de geneesheren van Leiden in een getuigenverklaring van 01-12-1606 aangaande de medische verrichtingen van meester Thomas Boskin. (bron: ORA Leiden inv nr 79k fol 87) transcriptie

[Zie ook "Gezondheidszorg in Leiden in de late middeleeuwen door Rudolph Ladan 12-12-2012" bron].

Otr. (1) [9791] ? te ? Tr. voor 1568 te ? (bron: ?), tr. kerk ? te ?
Echtgenote is ? (?) ? [32660].
Geb. ? te ? Ged. ? te ?
Overl. ? te ? Begr. ? te ?
Otr. (2) [1846] ? te ? Tr. voor 1602 te Ieper (bron: ?), tr. kerk ? te ?
Echtgenote is Louwijsken (Louwijsken) van DAM [5348] (code: 2^14+14101) (zie 30485).
- Rond 1610 wordt Harmen Ottensz vermeld met een graf 97 in de Pieterskerk. Het graf gaat over op zijn vrouw Louwijsken van Dam thans de vrouw van Jan Des Ursijns. In 1647 weer vermeld nu met de toevoeging van 12-07-1649 dat het zonder consent van haar zoon Johannes niet mag worden verkocht. Dit zelfde wordt weer vermeld in 1663. In 1665 wordt er aan toegevoegd dat het graf door het overlijden van Louwijsken van Dam voor de helft is overgegaan haar zoon bij haar eerste man Harmen en Otten genaamd Johannes ab Otten en voor de andere helft op de zoons uit haar huwelijk met Jan Ursijns genaamt Hermanus en Francois Ursijns[?]. Johannes ab Otten verkoopt op 04-11-1663 zijn deel aan Hermans en Francois. Hermanus Ursijn en de weduwe van Francois [Davidsz] Ursijn, Susanna Jans van Aeken verkopen het graf door op 10-11-1664. (bron: Kerkvoogdij van NH kerk Leiden 1610 inv nr 511-993 fol 13 + rond 1647 inv nr 511-995 fol 29v + rond 1663 inv nr 511-996 fol 12 rond 1665 511-997 fol 25) bron bron bron transcriptie
Uit het eerste huwelijk:
   1. m  Jacobus (James) Harmensz van OTTEN (Vanotten) [32645].
Geb. ±1568 te verm. Ieper (bron: ?), ged. ? te ?
Overl. 1624 te ? (bron: ?), begr. ? te ?
!!! Let op aanname !!!

- Op 13-05-1593 wordt ene Jacobus Otten vermeld op de universiteit van Leiden om opgeleid te worden tot medicus (bron: Album studiosorum Academiae Lugduno Batavae MDLXXV-MDCCCLXXV) bron
- Op 24-01-1601 wordt ene Jacobus / James Otten met Nicolaas Bolden / Boden vermeld met een vergunning op te Londen operaties te verrichten (bron: the annals of the barber-surgeons of londen) bron
[- op 17-01-1604 wordt ene James Otten vermeld als student Physics in (bron: ?) ]
- Op 11-03-1605 vermeld in Forman en Napier Caseboek (bron Napier vol 10 pag 3r) bron
- Op 15-11-1608 + 05-04-1609 vermeld in Forman en Napier Caseboek (bron Napier vol 13 pag 247 + 337v) bron bron
- Op 11-12-1609 vermeld in Forman en Napier Caseboek (bron Napier vol 16 pag 198r) bron
- Op 26-06-1616 + 01-09-1616 vermeld in Forman en Napier Caseboek (bron Napier vol 25 pag 121r + 161r) bron bron
- vanaf 1617 tot zijn overlijden in 1624 geeft ene James van Otten les aan Percivall Willughby (bron: Dr Percivall Willughby, MD (1596-1685): pioneer "man" midwife of Derby + William Harvey book) bron bron
- Op 12-03-1618 vermeld in Forman en Napier Caseboek (bron Napier vol 28 pag 13r) bron
- Op 17-05-1620 suppl James van Otten to practice in surgary. His licence was issued 23-05. Prof. Clayton says of him, "A very learned expert chirugian, of good practice here, at London, and in other countries beyond the seas." (2 May 1620) volgens A. Clark, "The Register of the University of Oxford, pagoma 124 (bron: ?)
- Op 23-05-1620 verzoekt ene Jacobus van Otten om als chirurg te mogen werken. Op 06-04-1621 blijkt James (53) ook te als docent te zijn verbonden aan deze universiteit van Oxford. (bron: Louvain and Oxford in the Sixteenth Century by C. J. Fordyce / oxfordhistory.org.uk ) bron bron
- Op 15-07-1620 / 17-07-1620 vermeld in Forman en Napier Caseboek (bron Napier vol 32 pag 161r + 111r) bron bron
- Op 06-04-1621 in list of privaleged persons James van Otten, Belgie, 53; chyrurgus, privilegiatus volgens A. Clark, "The Register of the University of Oxford pag 406 (bron: ?)
- Op 05-07-1622 testament van ene James van Otten voor Chancellors court te Oxfort. (bron: oxfordhistory.org.uk + index wills proved .. university of oxford) bron.

Uit het tweede huwelijk:
   2. m  Nicolaas (Nicolaas) van OTTEN [32646].
Geb. ±1582 te ? (bron: ?), ged. ? te ?
Overl. ? te ? Begr. ? te ?
!!! Let op aanname !!!

- Op 11-02-1594 wordt ene Nicolaas ab Otten vermeld op de universiteit van Leiden (bron: Album studiosorum Academiae Lugduno Batavae MDLXXV-MDCCCLXXV) bron
- In 1602 wordt ene Nicolaes van Otten, of ab Otten. Kandidaat, werd in de Cl. Woerden in 1602 geexamineerd om te Nieuwkoop te dienen.
- In het biographisch woordenboek der Nederlanden wordt bij de dichter Mouthaan verwesen naar "theses logicae de substantia" van Nicolaas ab Otten.

   3. m  Hermanus (Harmanus) van OTTEN [32659].
Geb. ±1585 te Ieper (bron: ?), ged. ? te ?
Overl. voor 1605 te ? (bron: ?), begr. ? te ?
!!! LET OP AANNAME !!!
- Op 18-02-1595 wordt ook ene Hermannus ab Otten (12) uit Ieper vermeld op de universiteit van Leiden (bron: Album studiosorum Academiae Lugduno Batavae MDLXXV-MDCCCLXXV) bron.

   4. v  Emerentie (Emerentia) van OTTEN [32526].
Geb. ±1588 te Londen (bron: ?), ged. ? te ?
Overl. ? te ? Begr. ? te ?
- Op 23-02-1602 wordt Emerensken van Otten (14) dochter van Harman van Otten en Loijsken van Damme alle te Leiden vermeld met lijfrijnte. (bron: SAII Leiden inv nr 501a-7473 fol 634v) transcriptie
- Op 02-02-1623 is Amerenske van Otten samen met Daniel Ente en Jacomijntje Ente getuigen bij de NG doop van Pieter zoon van Willem Otten en Maartje Ente (bron: DTB Leiden inv nr 221).

Otr. [9752] op 18-05-1607 te Leiden (bron: DTB Leiden inv nr 6 + 50 + 88) (get.: haar moeder Louwijsken van Damme en zijn broer Francois Desursijns). bron bron bron Tr. op 05-06-1607 te Leiden (bron: DTB Leiden inv nr 88). bron Tr. kerk op 05-06-1607 te Leiden (NG) (bron: DTB Leiden inv nr 88). bron Echtgenoot is David (David) Michielsz des URSIJNS [32525].
Geb. ? te Leiden, ged. ? te ?
Overl. rond 1665 te ? (bron: ?), begr. ? te ?
Zn. van Michiel (Michiel) des URSIJNS [32542] en Josina (Josina) van BELLE [32543].
- Op 05-07-1611 koopt hij een wolhuis in de Korte Pieterkerkkoorsteeg. Hij neemt ook hypotheek op dit huis. Vermeld worden zijn broer Michiel des Ursijns uit den Haag met zijn schoonmoeder Pietertje Crijns, zijn neef Frederik des Ursijns te Harderwijk, [zijn zoon] David des Ursijns de Jonge en Hermanus Urchijn rector van de Latijnse school te Haarlem (bron: stadsarchief Leiden inv nr 1501a-6611) transcriptie
- Op 20-01-1614 wordt David des Ourssijns kramer samen met Maarten willemsz brillenmaker vermeld als borg voor Jan Gerrits kleermaker van zwolle (bron: Poorterboek Leiden inv nr 1267) bron
- Op 09-01-1615 koopt hij een 7de deel in t Wanthuis in de Warmoestraat om het op 02-05-1617 weer te verkopen (bron: stadsarchief Leiden inv nr 1501a-6611) transcriptie
- Op 09-10-1615 wordt David des Ourssijns samen met Jan Jansz beide hoedemakers vermeld als borg voor Andries Willems van Woerden zwolle (bron: Poorterboek Leiden inv nr 1267) bron
- Op 30-08-1619 wordt David des Ourssijns samen met Willeboort Adriaens van Dobben vermeld als borg voor Emanuel Phillebert de La Rooccea koopman uit Piemonte (bron: Poorterboek Leiden inv nr 1267) bron
- Op 30-07-1621 neemt David de zoon Jan van Jasper Jansz van de Berg en Albrechtje Hartog als hoedemakersleerling in huis (bron: ONA Leiden inv nr 237 fol 25) transcriptie
- Op 18-08-1622 Wordt David des Ursijns vermeld in oud bonboek lange korenburgsteeg westzijde zuidwaards. Eerder werd Jan des Ursijns met dit huis vermeld (bron: stadsarchief Leiden inv nr 501a-6600) transcriptie
- Op 28-12-1622 verstrekt David des Ursijns hoedekramer te Leiden een lening aan Jan Pietersz Koedijk (bron: ONA Leiden inv nr 239 fol 144) transcriptie
- Op 30-11-1623 koopt hij een huis op de Burgpoort van Hendrik Jacobsz Bel. OOk zijn broer Michiel des Ursijns uit den Haag met diens schoenmoeder Pietertje Crijnes word vermeld. Net als Frederik Ursijns en domine Heramanus Urchijns (bron: stadsarchief Leiden inv nr 1501a-6620) transcriptie
- Op 09-01-1624 wordt David des Ursijns vermeld met een schuld aan Eduart Willemsz (bron: ONA Leiden inv nr 242 fol 5) transcriptie
- Op 16-04-1624 wil David des Ursijns een regeling treffen voor zijn secreet in de Pieterskerkkoorsteeg. Hij verzoekt Jan Baltensz van Vliet om hulp bij het ledigen daarvan en wenst een afscheiding te brengen met Jan's secreet. Dit volgens Buurquestieboeken, inventarisnummer 48D, blad 199 vso, aktenummer 1334 (bron ? (LEIDEN))
- Op 25-04-1624 weer kwestie over het secreet en de uitvoering van afspraken van 16-04-1624. dit volgens Buurquestieboeken, inventarisnummer 48D, blad 201 vso, aktenummer 1340 (bron: ? (LEIDEN))
- Op 02-08-1629 kwestie tussen David des Urssijns, hoedenstoffeerder en Claes de Court, bakker, over een kozijn en de loden goot die Klaas heeft aangebracht aan zijn dak. Dit volgens Buurquestieboeken, inventarisnummer 48E, blad 54, aktenummer 1794 (bron ? (LEIDEN))
- Op 16-05-1630 koopt hij een huis in de warskamp om het op 07-06-1641 weer te verkopen (bron: stadsarchief Leiden inv nr 1501a-6619) transcriptie
- Op 02-09-1630 word David des Ourssijns houdecramer met Lourentje en Josijntje dochters van Michiel des Ourssijns vermeld met een huis op de Pancras Kerkgracht gekomen uit de nalatenschap van Harmen Jacobsz van der Bel (bron: stadsarchief Leiden inv nr 1501a-6620) transcriptie
- OP 29-01-1631 wordt David des Dursijz vermeld met een schuld (bron: ONA Leiden inv nr 254 fol 27) transcriptie
- Op 27-02-1631 vermeld als houdemaker in een notariele akte (bron: ONA Leiden inv nr 494 fol 24) transcriptie
- Op 16-03-1637 worden oom David Ursijns hoedekramer en Samuel Lijs smid aangesteld tot voogden over Damen (24), David (21) en Gedion (10 weken) zoons van wijlen Gedeon d'Ursijns stijflijfmaker en Jaquemijntje (bron: 518 weeskamer Leiden inv nr 244 fol 161v) transcriptie
- Op 16-03-1637 worden oom David Ursijns hoedekramer en grootvader Gideon des Ursijns aangesteld tot voogden over Gedion (10 maanden) zoon van wijlen Gedeon d'Ursijns stiklijfmaker en Jaquemijntje Mets (bron: 518 weeskamer Leiden inv nr 244 fol 181) transcriptie
- Op 14-09-1643 worden Sara Jansz Scroijs weduwe van Johannes de Ursinus te Medemblik en David de Ursinus man van Emmerantia van Otten uit Leiden vermeld als erfgenamen van Maria de Wilde laatst weduwe van Otto van Roosandt uit Hazerswoude (bron: ONA Leiden inv nr 541 fol 108 + 109) transcriptie transcriptie

   5. m  Guilliame (Willem) Hermansz van OTTEN [32528].
Geb. ±05-1589 te Londen (GB) (bron: ?), ged. (NG) op 19-05-1589 te Londen (GB) (bron: ? (The marriage, baptismal and burial registers, 1571-1874, and monumental inscriptions of the Dutch Reformed Church, Austin Friars, London; with a short account of the strangers and their churches))). bron.
Overl. ? te ? Begr. ? te ?
- Op 10-09-1607 is er een overeenkomst opgesteld om Guilliame van Otten te laten opleiden tot lakenbereider door Jan Jansz Muts (bron: ORA Leiden inv nr 79j fol 199) transcriptie
- op 02-02-1615 wordt een kind begraven van ene Guilame van otten van de Hooigracht (bron: DTB Leiden inv nr 1315) bron
- op 05-09-1617 wordt een kind begraven van ene Guilame van otten van de Hooigracht (bron: DTB Leiden inv nr 1315) bron
- Op 10-11-1617 zijn Guilliame van Otten en Barent Willems borgen bij de poorter inschrijving van Jan Harmensz van Reenen kleermaker (bron: Poorterboek Leiden inv nr 1267) bron
- op 04-02-1618 wordt een kind begraven van ene Guilame van otten van de Hooigracht (bron: DTB Leiden inv nr 1316) bron
- Op 29-08-1618 verklaring van Guilliame van Otten en Willem Enten dat de Jan Ente zoon wijlen Pieter Enten. Deze zoon heeft het ambacht van Lakenbereider geleerd. Pieter Enten is een neef van Willem Enten. (bron: ORA Leiden inv nr 79m fol 260) transcriptie
- Op 06-09-1619 wordt Guilliame van Otten lakenbereider zoon van wijlen Herman van Otten vermeld als poorter te Leiden. Getuigen zijn schoonvader Jan des Ursijns en Michiel des Ursijn (bron: Poorterboek Leiden inv nr 1267) bron
- Op 29-01-1621 is Guillame van Otte met Hester de Gardijn, Maijke Cornelis en Pieter Casier getuigen bij de NG doop van Susanne dochter van David de Ursins en Emmerentie van Otte (bron: DTB Leiden inv nr 221)
- Op 03-01-1625 worden de weduwe van Pieter Enten, Jorijntje Ingevaers vertegewoordigd door Guillame van Otten, Willem Enten en Geertje Jacobs weduwe van Pieter Faes ieder voor 1/3 part in een Voldermolen van de laatstgenoemde Pieter Faas (bron: ONA Leiden inv nr 163 fol 1 + 9) transcriptie transcriptie

Otr. [9776] op 23-09-1611 te Leiden (bron: DTB Leiden inv nr 7 + 50 + 89) (get.: zijn schoonvader Jan Des Ursijns en haar moeder Jorijntje Entes). bron bron bron
, tr. op 11-10-1611 te Leiden (bron: DTB Leiden inv nr 89). bron, tr. kerk op 11-10-1611 te Leiden (NG) (bron: DTB Leiden inv nr 89). bron.
Echtgenote is Maijke (Maijke) Pieters ENTEN [32613].
Geb. ? te Leiden, ged. ? te ?
Overl. ? te ? Begr. ? te ?
Dr. van Pieter (Pieter) Francoisz ENTEN [32615] en Jorijntje (Jorijntje) INGELVAERS [32616].
Mattheus Pietersz Kint was weduwnaar:
Otr.[9778] op 17-10-1623 te Leiden (bron: DTB Leiden inv nr 9 + 52 + 90). bron bron bron Tr. op 05-11-1623 te Leiden (bron: DTB Leiden inv nr 52). bron Tr. kerk op 05-11-1623 te Leiden (NG) (bron: DTB Leiden inv nr 52). bron
Met Jannetje (Jannetje) Jans de MUNCK [32617].
Geb. ? te Leiden (bron: ?), ged. ? te ?
Overl. op 05-04-1630 te ? (bron: ?), begr. op 08-04-1630 te Leiden (bron: DTB Leiden inv nr 1318). bron.
Dr. van Jan (Jan) Joostensz de MUNCK [32641] en Klaasje (Klaasje) Everts ? [32642].

Mattheus Pietersz Kint hertrouwd:
Otr.[9779] op 14-05-1636 te Leiden (bron: DTB Leiden inv nr 11 + 55 + 93) (get.: Pieter Pietersz Kint en haar nicht Annetjen Quijrings). bron bron bron , tr. op 03-06-1636 te Leiden (bron: DTB Leiden inv nr 93). bron Tr. kerk op 03-06-1636 te Leiden (NG) (bron: DTB Leiden inv nr 93). bron
Met Elisabeth (Elisabeth) Jans van AKEN (van der Hoorn) [32618].
Geb. ? te Leiden (bron: ?), ged. ? te ?
Overl. ? te ? Begr. ? te ?
Dr. van Jan (Jan) Engels van AKEN [32637] en Maijke (Maijke) Coenraads van der LUCHT [32638].

Elisabeth Jans van Aken was weduwe
Otr. [9780] op 16-03-1606 te Leiden (bron: DTB Leiden inv nr 6 + 50 + 88) (get.: zijn vader Guillame Lupaert en (stiefmoeder) Abijgel van Strasele en zijn schoonvader en haar ouders Jan Engels van Aecken en Maijcken Coenraads). bron bron bron Tr. op 04-04-1606 te Leiden (bron: DTB Leiden inv nr 88). bron Tr. kerk op 04-04-1606 te Leiden (NG) (bron: DTB Leiden inv nr 88). bron
Met Elias (Elias) Willemsz LUPAERT [32619].
Geb. ±1583 te Ieper (bron: ?), ged. ? te ?
Overl. ? te ? Begr. ? te ?
Zn. van Guillame (Quillame) LUPAERT [32639] en ? (?) ? [32640].

Elisabeth Jans van Aken was weduwe
Otr.[9781] op 07-11-1630 te Leiden (bron: DTB Leiden inv nr 10 + 54 + 92) (get.: zijn zwager Jan Angillis en haar moeder Lijsbeth Cugeels). bron bron bron Tr. op 26-11-1630 te Leiden (bron: DTB Leiden inv nr 92). bron Tr. kerk op 26-11-1630 te Leiden (NG) (bron: DTB Leiden inv nr 92). bron
Met Valentijn (Valentijn) Valentijnsz BLONDEEL [32620].
Geb. ? te Houtem (BE) (bron: ?), ged. ? te ?
Overl. op 23-09-1635 te Leiden (bron: ONA Leiden inv nr 206 fol 79) transcriptie, begr. ? te ?
Zn. van Valentijn (Valentijn) BLONDEEL [32635] en Colijntje (Colijntje) BAALGES [32636].

Valentijn Valentijnsz Blondeel was weduwnaar
Otr. (1) [9782] op 29-07-1603 te Leiden (bron: DTB Leiden inv nr 5) (get.: vader van de bruidgom Valentijn Blondeel, zijn zwager Jan Gielisz, moeder van de bruid Maike Deus en haar nicht Cathelijne Schots). bron Tr. op 02-08-1603 te Leiden (bron: DTB Leiden inv nr 87). bron Tr. kerk op 02-08-1603 te Leiden (NG) (bron: DTB Leiden inv nr 87). bron
Met Jannetje (Jannetje) DEUS [32621].
Geb. ? te Beveren (BE) (bron: ?), ged. ? te ?
Overl. ? te ? Begr. ? te ?
Dr. van ? (?) ? [32633] en Maike (Maike) Passchiers DEUS [32634].

Elias Willemsz Lupaert + Elisabeth Jans van Aken:
- Op 06-07-1607 wordt Elias Lupaert zoon van Quilliame Lupaert aangenomen als poorter van Leiden (bron: OA Leiden inv nr 1267) bron
- Op 27-04-1611 worden Guilliam Lupaert (52)en zijn zoon Elias Lupaert (28) op verzoek van Gillis Navigeer vermeld wegens het overlijden van hun neef Jan Navigeer op 06-07-1610 en zijn begravenis op 09-07-1610 op het Pieterskerkhof. (bron: (bron: ORA Leiden inv nr 79k fol 272) transcriptie
- Op 02-12-1611 worden Guilliam en zijn zoon Elias Lupaert voor de 2 maal aangenomen als poorter van Leiden nadat ze dit poorterschap ruim een jaar hiervoor hadden opgegeven (bron: OA Leiden inv nr 1267) bron
- Op 19-05-1619 wordt Elias Lupaart wolkoper en zijn borg Jan van Aken genoempt wegens een schuld aan Aart Gerritsz (bron: ONA Leiden inv nr 506-1619 fol 67) transcriptie
- Op 22-05-1619 wordt Elias Lupaart met zijn schoonvader Jan van Aken vermeld als borg vermeld wegens zijn schuld an Jan Maire (bron: ONA Leiden inv nr 506-232 fol 78) transcriptie
- Op 06-06-1622 wordt Elias Lupaard (39) vermeld als een van de investeerders in een schip "de Witte Leeuw" dat is vertrokken naar Brazilie. (bron: ONA Leiden inv nr 506-238 fol 70) transcriptie (bron: ORA Leiden inv nr 79n fol 235) transcriptie
- Op 22-08-1622 wordt Elias Lupaard met Willem Lupaard en Michael Gerard vermeld als koopman (bron: ORA Leiden inv nr 79n fol 284v) transcriptie
- Op 20-02-1624 worden Elisabeth Jansz van Aken en haar man Elias Lupaard vermeld in het testament van haar ouders Jan Engelsz van Aken en Marijtje Coenraads van der Lucht (bron: ONA Leiden inv nr 506-284 fol 66) transcriptie
- Op 21-10-1630 worden Christiaan Engels van Aken als oudoom en Willem Lupaart als grootvader aangesteld tot voogden over Jan (22), Abram (21) en Willem (13) weeskinderen van Elias Lupaart en Elisabeth Jans van Aken. Op 13-11-1635 wordt Jan Christiaan van Aken aangesteld vervangende Christiaan van Aken. (bron: OA Leiden inv nr 244 fol 39v) transcriptie
- Op 21-05-1636 ontvangt Elisabet Jans [van Aken] weduwe van Valentijn Blondeel van de weeskamer de nalatenschap van haar twee overleden zoons uit het huwelijk met Elias Lupaart. (bron: OA Leiden inv nr 240 fol 2519v) transcriptie

Valentijn Valentijnsz Blondeel + Elisabeth Jans van Aken:
- Op 28-04-1628 testament van Valentijn Blondeel en Jannetje Deus voor notaris Jan Angellis neef van dit echtpaar. (bron: ONA Leiden inv nr 506-297 fol 49) transcriptie
- Op 22-10-1633 wordt Elisabet Jansz van Aken vermeld als weduwe van Elias Lupaert en vrouw van Valentijn Blondeel met een huis op Marendorp eerder in het bezit Frans van Aken. Het huis gaat later naar haar zoon Willem Luipaard man van Elisabeth van Hoorn. (bron: stadsarchief Leiden inv nr 1501a-6621) transcriptie
- Op 01/07-04-1637 boedelinventaris van wijlen Valentijn Blondee de oude l overleden op 23-09-1635. Vermeld worden o.a. zijn eerste vrouw Jannetje Deus en hun kinderen Jan Blondeel, Valentijn Blondeelen Jannetje Blondeel vrouw van Francois Brele en Colijntje Blondeel en zijn weduwe Ellisabeth Jans van Aken thans vrouw van Matheus Pietersz Kind (bron: ONA Leiden inv nr 206 fol 79 + 80) transcriptie transcriptie

Matheus Pietersz Kint + Jannetje Jans van der Munck:
- Op 27-05-1630 voogdij benoeming over de kinderen van Matheus Pietersz Kint weduwnaar van Jannetje Jansz van der Munck genaamd Johannes (3) en Anna (5½). Als voogden worden vermeld haar vader Jan Joostsz van der Munck, haar broer Joost Jansz van der Munck en zijn broer Pieter Pietersz Kint. Haar overlijdens datum wordt ook vermeld 05-04-1630 (bron: ONA Leiden inv nr 190 fol 192) transcriptie
- Op 18-06-1630 inventaris opgemaakt door Matheus Pietersz Kint als weduwnaar van Jannetje Jansz van der Munck en vader van Johannes (3) en Anna (6½) wegens haar nalatenschap. Present zijn haar vader Jan Joostsz van der Munck, [haar broer] Joost Jansz van der Munck en [zijn broer] Pieter Pietersz Kint. (bron: ONA Leiden inv nr 506-190 fol 188) transcriptie
- Op 22-06-1630 wordt Matheus Pietersz Kint vermeld als weduwnaar van Jannetje Jansz van der Munck en vader van Johannes (3) en Anna (5½) wegens haar nalatenschap. Als voogden worden vermeld haar vader Jan Joostsz van der Munck, haar broer Joost Jansz van der Munck en zijn broer Pieter Pietersz Kint. Verwijzing naar een testament van 29-03-1630 (bron: ONA Leiden inv nr 506-190 fol 191) transcriptie
- Op 22-06-1630 inventaris opgemaakt door Matheus Pietersz Kint als weduwnaar van Jannetje Jansz van der Munck en vader van zoon Johannes en een dochter wegens haar nalatenschap. Present zijn haar vader Jan Joostsz van der Munck, [haar broer] Joost Jansz van der Munck en [zijn broer] Pieter Pietersz Kint. (bron: ONA Leiden inv nr 506-190 fol 267) transcriptie
- Op 02-09-1630 wordt Mattheus Pietersz Kind weduwnaar van Janneke Jans vermeld in een getuigen verklaring. Trijntje Jans word vermeld als Janneke haar zus (bron: ONA Leiden inv nr 424 fol 80) transcriptie
- Op 24-01-1631 uitkomst van een geschil tussen Matheus Pietersz Kint weduwnaar van Jannetje Jansz van der Munck met de voogden van zijn kinderen Jan Joostensz van der Munck en Pieter Pietersz Kint en Jacob Pietersz Kint over de schuldbrieven die aan de weeskinderen werden toebedeelt (bron: ONA Leiden inv nr 191 fol 19) transcriptie
- Op 26-01-1635 akte voor het weeskind Matheus Pietersz Kind en wijlen Jannetje Jansz van der Munck. genoempt worden voogden Evert Jansz van der Munck en Pieter Pietersz kindt en de overleden grootvader Jan Joostensz van der Munck. (bron: ONA Leiden inv nr 496 fol 104) transcriptie
- Op 18-06-1635 erft het weeskind van Matheus Pietersz Kind en Jannetje Jansz van der Munck een huis van Jan Joost van der Munck en Klaasje Evertsz. (bron: Leiden inv nr 501a-6621 fol 363) transcriptie

Matheus Pietersz Kint + Maijke Pieters van Enten:
- Op 19-08-1630 wordt Matheus Pietersz Kint vermeld als schoonzoon van Jorijntje Ingelvaers weduwe van Pieter Enten. Jaquemijntje Enten vrouw van Justus van Velde domine te Zijderveld wordt ook vermeld als dochter (bron: ONA Leiden inv nr 191 fol 212) transcriptie
- Op 05-01-1631 wordt Mattheus Pietersz Kind vermeld in een getuigen verklaring (bron: ONA Leiden inv nr 425 fol 5) transcriptie
- Op 07-02-1631 akte van huwelijkse voorwaarde tussen Matheus Pietersz Kint weduwnaar Jannetje Jansz van der Munck en Maijken Enten weduwe Guilliam Otten. Haar zwager Jan de Vogel assistert haar. Er worden ook inventarisen gemaakt van de boedel. In de boedel bevinden zich ook stukken van Harmen van Otten (bron: ONA Leiden inv nr 191 fol 41 + 42 + 43) transcriptie transcriptie transcriptie
- Op 02-02-1632 wordt Maijke Enten vrouw van Matheus Pietersz Kind vermeld in het testament van haar moeder Jorijntje Ingelvaars weduwe van Pieter van Enten (bron: ONA Leiden inv nr 192 fol 32) transcriptie
- Op 07-02-1636 notariele akte wegens de twee weeskinderen van Guillame Otten en Maijke Enten. Maike is later volgens huwelijkse voorwaarden hertrouwd met Mattheus Pietersz Kind. Vermeld worden de voogden over de kinderen David des Urijns hoedemaker en als vertegenwoordiger van Johannes Otten dominee te Beets, Olbert Otten als overleden oom van de kinderen, Jan de Vogel als behuwd oom en Mathijs Mathijs van der Fijcke. (bron: ONA Leiden inv nr 264 fol 42) transcriptie
- Op 14-05-1636 huwelijkse voorwaarden tussen Mattheus Pietersz Kind weduwnaar van Maijken Ente en Elisabeth Jans van Aken weduwe van Valentijn Blondeel. Genoemd wordt noch haar zoon Guilliame Lupaert (bron: ONA Leiden inv nr 264 fol 157) transcriptie
- Op 30-10-1640 wordt Mattheus Pietersz Kind vermeld wegens de verkoop van een Kaagschip (bron: ONA Leiden inv nr 348 fol 207) transcriptie
- Op 02-07-1664 wordt Mattheus Pietersz Kindt vermeld als voogd over de kinderen van zaliger Warnaar Koesveld man van Isabella Lotten eerder weduwe van Jacob van den Kellenaer (bron: ONA Leiden inv nr 904 fol 3) transcriptie
- Op 31-12-1663 wordt Matheus Pietersz Kint vermeld wegens het gebruik van een water bron (bron: ONA Leiden inv nr 903 fol 176) transcriptie
- Op 14-05-1666 wordt Elisabet Jans van Aaken vrouw van Matheus Pietersz Kint vermeld als enige erfgenaam en dochter van Hans van Aken. Erfenis wordt verkocht aan Guilliam Luipaard (bron: ONA Leiden inv nr 460 fol 100) transcriptie
- Op 24-01-1667 wordt Mattheus Pietersz Kindt met Mattheus Danielsz van Strichtenhuizen en Klaas Dirksz Haestverberch vermeld als voogd over de kinderen van wijlen Annetje Matheus Kind en wijlen Warnaar Koesvelt. De laatste is hertrouwd met Isabella Lotten (bron: ONA Leiden inv nr 907 fol 33) transcriptie
- Op 20-09-1667 testament van Mattheus Pietersz Kindt man van Elisabeth Jans van Aken. Genoemd worden de kinderen van Annetje Kint verwekt bij Warnaar Coesveld en voogden Klaas Pietersz Kind neef van de testateur en Klaas Dirksz Haastverberch (bron: ONA Leiden inv nr 986 fol 127) transcriptie
- Op 13-04-1668 word Elisabet Jans van Aken vermeld als weduwe van Matheus Pietersz Kint. Dit wegens zijn nalatenschap aan de kinderen van wijlen Annetje Kint verwekt bij Warnaar Coesveld. Klaas Pietersz Kint en Klaas Dirksz Haastverberch worden vermeld als voogden (bron: ONA Leiden inv nr 987 fol 47) transcriptie

   6. m  Maximiliaan (Maximiliaan) Harmensz van OTTEN [32612].
Geb. ±03-1591 te Londen (bron: ?), ged. (NG) op 04-03-1591 te Londen (bron: ? (The marriage, baptismal and burial registers, 1571-1874, and monumental inscriptions of the Dutch Reformed Church, Austin Friars, London; with a short account of the strangers and their churches))). bron.
Overl. ? te ? Begr. ? te ?
   7. m  Albrecht (Albrecht) Harmensz van OTTEN [32529].
Geb. ±1597 te ? (bron: ?), ged. ? te ?
Overl. voor 1636 te ? (bron: ?), begr. ? te ?
- Op 26-02-1602 wordt Aelbrecht van Otten (4) zoon van Harman van Otten en Loijsken van Damme alle te leiden vermeld met lijfrijnte. (bron: SAII Leiden inv nr 501a-7473 fol 635v) transcriptie
   8. m  Joannes (Jan) Harmensz van OTTEN [2206] (code: 2^13+7050), geb. ±1600 te Leiden (zie 15242).
30485    Louwijsken (Louwijsken) van DAM [5348] (code: 2^14+14101).
Geb. ? te ? Ged. ? te ?
Overl. ? te ? Begr. ? te Leiden (bron: ?).
Dr. van Maximiliaan (Maximiliaan) van DAMME [32535] (code: 2^15+28202) (zie 60970) en Lauwerijnse (Lauwerijnse) ? [32536] (code: 2^15+28203) (zie 60971).
- Op 21-04-1605 wordt Louwijske Desursijns vermeld als stiefmoeder van Debora Desursijns uit Leiden aankomend bruid van Abraham Tomas Kleermaker uit den Bosch. (bron: DTB Leiden inv nr 6)
- Op 14-01-1610 verklaring door Cornelis de Bije (44) en Olivier Davidsz man van Sara de Heere die eerder weduwe was van Francois van Damme. Dit wegens een schuld van Franscois van Damme aan zijn zus Louwerisje van Damme weduwe van meester Herman van Otten vrouw van Jan Dorsijns. (bron: ORA Leiden inv nr 79k fol 82) transcriptie
- Op __-12-1610 niet gepasseerde akte wegens een geschil tussen Louwijsken van Damme weduwe van Harman van Otten en thans vrouw van Jan de Ursijns en haar schoonzus Sara de Heer weduwe van haar broer Franchois van Damme. Louwijsken meent dat zij nog geld tegoed heeft van haar overleden broer. Sara de Heer is het daar niet mee eens en heeft een notitie waaruit blijkt dat er in iedergeval een deel betaald is. De rest wil zij verreken met de reiskosten van wijlen haar man gemaakt voor het vrijkopen van Harman van Otten. De reis ging van het kasteel in Doornik nar Rijssel naar Antwerpen naar Middelburg en van Middelburg weer naar Doornik. Volgens Louwijsken zijn deze kosten door Harmen in haar bijzijn al op 28/29-10-1584 in Calais op verrekend met haar broer in een rentebrief. Deze rentebrief is afgelost daar Harmen in Londen aan een vertegenwoordiger van Franchois. De reiskosten waren ook nog eens lager dan de resterende schuld die mede was ontstaan door leveringen van linnen, speldwerken en andere winkelwaar. (bron: ORA Leiden inv nr 79k fol 212) transcriptie
- Op 26-11-1624 geschil tussen de 4 erfgenamen van Harmen van Otten en enkele crediteurs. Erfgenamen zijn Willem van Otten lakenbereider, Albert van Otten (24) hoedenstoffeerder, Johannes van Otten (22) student in de goddelijke leer en Emmerenite van Otten vrouw van David Des Oursins. Louwiken van Damme later weduwe van Jan des Doursijns de Oude gewezen lakenkoper wordt zamen met Michiel Baalde uit Oudewater vermeld als voogd over de minderjarige Albert en Johannes. Sara Schroijs wordt vermeld als weduwe van zoon Jan [Jansz] de Doursijns de jonge in leven dienaar des heren te Medemblik.
Er wordt verwezen naar een testament van 17-05-1600 van Herman van Otten, van 20-06-1601 van Jacques van Otten, van onbekende datum van Nicolaas van Otten en Herman van Otten en een van 08-09-1609 van Jan des Oursins (bron: ONA Leiden inv nr 506-243 fol 243v) transcriptie

Otr. (1) [1846] ? te ? Tr. voor 1602 te Ieper (bron: ?), tr. kerk ? te ?
Echtgenoot is Harmen (Harmen) van OTTEN [5347] (code: 2^14+14100) (zie 30484).
- Rond 1610 wordt Harmen Ottensz vermeld met een graf 97 in de Pieterskerk. Het graf gaat over op zijn vrouw Louwijsken van Dam thans de vrouw van Jan Des Ursijns. In 1647 weer vermeld nu met de toevoeging van 12-07-1649 dat het zonder consent van haar zoon Johannes niet mag worden verkocht. Dit zelfde wordt weer vermeld in 1663. In 1665 wordt er aan toegevoegd dat het graf door het overlijden van Louwijsken van Dam voor de helft is overgegaan haar zoon bij haar eerste man Harmen en Otten genaamd Johannes ab Otten en voor de andere helft op de zoons uit haar huwelijk met Jan Ursijns genaamt Hermanus en Francois Ursijns[?]. Johannes ab Otten verkoopt op 04-11-1663 zijn deel aan Hermans en Francois. Hermanus Ursijn en de weduwe van Francois [Davidsz] Ursijn, Susanna Jans van Aeken verkopen het graf door op 10-11-1664. (bron: Kerkvoogdij van NH kerk Leiden 1610 inv nr 511-993 fol 13 + rond 1647 inv nr 511-995 fol 29v + rond 1663 inv nr 511-996 fol 12 rond 1665 511-997 fol 25) bron bron bron transcriptie
Otr. (2) [9750] op 27-03-1602 te Leiden (bron: DTB Leiden inv nr 4 + 50 + 87) (get.: zijn zwager Mahier de Pauw en haar zus Lijsbeth van Damme). bron bron bron, tr. op 16-04-1602 te Leiden (bron: DTB Leiden inv nr 50). bron Tr. kerk op 16-04-1602 te Leiden (NG) (bron: DTB Leiden inv nr 50). bron Echtgenoot is Jan (Jan) des URSIJNS (Dursijn) [32521] (code: `), lakenkoper.
Geb. ±1555 te ? (bron: ?), ged. ? te ?
Overl. ? te ? Begr. ? te ?
Zn. van ? (?) des URSIJNS [32527] en ? (?) ? [32540].
Jan des Ursijns was weduwnaar
Otr. [9751] ? te ? Tr. rond 1580 te ? (bron: ?), tr. kerk ? te ?
Marijtje (Marijtje) Jans BRUNEELS [32524].
Geb. ? te Ieper (bron: ?), ged. ? te ?
Overl. ? te ? Begr. ? te ?
Dr. van Jan (Jan) BRUNEEL [32533] (zie 2) en Glijntje (Glijntje) van der MOLEN [32534].
Uit dit huwelijk:
1. v Debora (Debora) Jans des URSIJNS [32622].
Geb. ±1581 te Leiden (bron: ?), ged. ? te ?
Overl. ±08-1625 te ? (bron: ?), begr. op 08-08-1625 te Leiden (bron: DTB Leiden inv nr 1317). bron.
Otr. [9783] op 21-04-1605 te Leiden (bron: DTB Leiden inv nr 6) (get.: Jan Hendriksz en Louwijske des Ursijns stiefmoeder van de bruid). bron, tr. ±05-1605 te ? (bron: ?), tr. kerk ? te ?
Met Jan (Jan) Jansz MUTS [32623].
Geb. ±1580 te Leiden (bron: ?), ged. ? te ?
Overl. ? te ? Begr. ? te ?
Zn. van Jan (Jan) MUTS [32624] en ? (?) ? [32625].
- Op 09-03-1612 worden Jan Jansz Muts en Jan de Ursijns vermeld als borgen voor Jan IJsbrantsz (bron: Poorterboek Leiden inv nr 1267) bron.

2. v Maria (Maria) Jans des URSIJNS [32626].
Geb. ±1586 te Leiden (bron: ?), ged. ? te ?
Overl. < 1648 te ? (bron: ?), begr. ? te ?
Otr. [9784] op 20-08-1610 te Leiden (bron: DTB Leiden inv nr 7) (get.: haar schoon(stief) moeder Louwijske des Ursijns en zijn zwager Michiel de Lansheer). bron, tr. ±09-1610 te ? (bron: ?), tr. kerk ? te ?
Met Jan (Jan) Maartensz ? [32627].
Geb. ±1585 te Nieuwpoort (BE) (bron: ?), ged. ? te ?
Overl. ? te ? Begr. ? te ?
Zn. van Maarten (Maarten) ? [32628] en ? (?) ? [32629].

Jan Maartensz hertrouwd:
Otr.[9785] op 30-12-1648 te Leiden (bron: DTB Leiden inv nr 14) (get.: Trijntje Adriaans van Gaaisbeek en Jacob IJetsweer). bron, tr. ±01-1649 te ? (bron: ?), tr. kerk ? te ?
Met Maartje (Maartje) Jeremias JOLIJT [32630].
Geb. op ? te ?, ged. ? te ?
Overl. ? te ? Begr. ? te ?
Dr. van Jeremias (Jeremias) JOLIJT [32631] en ? (?) ? [32632]

Maartje Jeremias was weduwe:
Otr.[9786] op 11-01-1607 te Leiden (bron: DTB Leiden inv nr 6) (get.: schoonmeoder van de bruid Tanneke de Vrient, neef van de bruidegom Dirk Eeckhout en schoonvader van de bruidegom Jeremias Jolijt). bron, tr. ±01-1607 te Leiden (bron: ?), tr. kerk ? te ?
Met is Wouter (Wouter) de VRIENT [33505].
Geb. ? te Leiden (bron: ?), ged. ? te ?
Overl. ? te ? Begr. ? te ?
Zn. van ? (?) de VRIENT [33506] en Tanneke (Tanneke) ? [33507].

3. m Johannes (Johannes) de URSINUS [32523].
predikant te Wervershoof
Geb. ±1589 te ? (bron: ?), ged. ? te ?
Overl. op 13-08-1624 te Enkhuizen (bron: ?), begr. ±08-1624 te Medemblik (bron: ?).
Otr. [9753] op 13-04-1612 te Leiden (bron: DTB Leiden inv nr 7 + 80) (get.: zijn vader Jan des Dursijns en haar moeie Louwijken Ursijns). bron bron Tr. op 08-04-1612 te Leiden (bron: DT Leiden inv nr 80). bron Tr. kerk op 08-04-1612 te Leiden (NG) (bron: DTB Leiden inv nr 80). bron
Met Sara (Sara) Jans SCHROIJS [32530].
Geb. op ? te ?, ged. ? te ?
Overl. op 21-06-1660 te Medemblik (bron: ?), begr. ±06-1660 te Medemblik (bron: ?).
Dr. van Jan (Jan) Jacobsz SCHROIJS [32531] en Jannetje (Jannetje) van DAMME [32532].
- Op 15-04-1603 wordt ene Johannes Ursinus (12) uit Leiden vermeld op de universiteit van Leiden (bron: Album studiosorum Academiae Lugduno Batavae MDLXXV-MDCCCLXXV) bron
- In 1611 predikant te Wervershoof (bron: ?)
- Op 22-12-1618 vermeld in Westfrisa van Theodoris Velius 1648 op bladzijde 307 bron
- Op 17-09-1623 predikant in Medemblik (bron: ?)
- Op 13-08-1624 overleden toen hij de Synode van de Noord-Hollandsche predikanten in Enkhuizen bij woonde. Hij is bebraven in Medemblik met zijn vrouw Aartje Jans die 21-06-1660 is overleden. (bron: Genealogische en heraldische gedenkwaardigheden in en uit de kerken der provincie Noord-Holland deel IV van Bloys van Treslong Prins, P.C. Belonje, J. uit 1930) bron

- Op 22-08-1577 wordt ene Jan des Orsijns kleermaker van Mesel via Engeland vermeld als poorter te Leiden (bron: Poorterboek Leiden inv nr 22) bron
- Op 25-04-1578 wordt Jan Dursijns op t steenschuur vermeld in aflezingsboek D. Dit volgens 6535/75Va (bron: ? (https://historischleideninkaart.nl)
- Op 22-11-1580 wordt Jan Dursijns op t steenschuur vermeld in aflezingsboek E. Dit volgens 109/3.1.7.5 (bron: ? (https://historischleideninkaart.nl)
- In 09-1581 vermeld in register van volkstellingen (bron: Stadsarchief Leiden inv nr 501a-1289) bron
- Op 12-1581 wordt Jan Dursijns uit Iepere vermeld in kerven 1581. Dit volgens 46/1 (bron: ? (https://historischleideninkaart.nl)
- Op 14-07-1583 wordt Jan Dursijns vermeld in omslag 1583. Dit volgens 43/1 en 70/1 (bron: ? (https://historischleideninkaart.nl)
- Op 08-09-1584 is Jan Desursijns getuigen voor bruidegom Fernandus Gesschiere uit Comen en Michiel Desursijns uit Iperen getuigen voor zijn zuster en bruid Belitje Desursijns eveneens uit Iperen (bron: DTB Leiden inv nr 1)
- Op 19-08-1586 getuigenis van van Jan des Ursijns (31) over Grietje Jans huisvrouw van Aart Kruis en haar weesdochter Neeltje (bron: ORA Leiden inv nr 79b fol 215v) transcriptie
- Op 07-12-1589 wordt Jan de Ursijns vermeld als borg voor Mathieu de Pau (bron: Poorterboek Leiden inv nr 1266) bron
- Op 08-12-1589 wordt Jan de Ursijns vermeld als borg voor Matheus van Ham (bron: Poorterboek Leiden inv nr 1266) bron
- Op 25-03-1591 wordt Jan de Ursijns vermeld als borg voor Jan Caweel (bron: Poorterboek Leiden inv nr 1266) bron
- Op 17-08-1592 wordt Jan de Ursijns vermeld als borg voor Jacques Claris (bron: Poorterboek Leiden inv nr 1266) bron
- In 1600 wordt Jan de Ursijns vermeld met een lening van 60 gulden. (bron: kohier gedwongen leningen inv nr 3989 fol 80) bron
- rond 1591-1597 woonachtig in de burgsteeg. (bron: stadsarchief Leiden inv nr 0501a-5153) bron
- Op 07-04-1597 wordt Jan des Oursins vermeld in ene akkoord met Dioniske dochter van Lucs Jansz Schilder zijn buurvrouw (bron: ONA Leiden inv nr 506-68 fol 12) transcriptie
- Op 30-03-1602 Wordt Jan des Ursijns vermeld in oud bonboek lange korenburgsteeg westzijde zuidwaards. Later wordt David des Ursijns met dit huis vermeld (bron: stadsarchief Leiden inv nr 501a-6600) transcriptie
- Op 29-03-1602 worden vermeld in het weeskamerboek Jan (11), Debora (18) en Maria (15) kinderen van Jan desoursyns van Ieper lakenkoopman en wijlen Maria Jans Bruneels mede van Ieperen. Voogden zijn Jan Mattheuszn van Gent zaaiwerker en Gerardt van de Eeck van Ieper saijdrapier aangetrouwde neven. Zijn verdere verwanten wonen in Engeland. Zijn huis wordt als onderpand vermeld (bron: 518 weeskamer Leiden inv nr 284 fol 473) transcriptie
- In 1606 vermeld in schoorsteengeld (bron: stadsarchief Leiden inv nr 0501a-4988) bron
- Op 09-03-1612 worden Jan Jansz Muts en Jan de Ursijns vermeld als borgen voor Jan IJsbrantsz (bron: Poorterboek Leiden inv nr 1267) bron
- Op 21-05-1612 wordt Jan des Oursijns weduwnaar van Maijke Bruneels vermeld met 2 dochters uit dit huwelijk te weten Debora des OUrsijns vrouw van Jan Jansz Muts en Maijken des Oursijns vrouw van Jan Marten (bron: 518 weeskamer Leiden inv nr 417 fol 216v) transcriptie
- Op 18-08-1612 worden de kinderen van Jan des Ursijns vermeld in verband met de erfenis van zijn zuster Cathelijne des Ursijns. Genoemd worden, Johannes Ursinus predikant te Medemblik, Maijke des Ursijns vrouw van Jan Maartens, Debora Ursijns vrouw van Jan Jansz Muts. Ook worden vermeld de kinderen van zijn andere zuster Jannetje des Ursijns vrouw van Matheu de Pau. Dit zijn Matheu de Pau, Abram de Pau te delft, Jannetje de Pau vrouw van Antoni de Pluwijs, Jan de Pau en zuster Judith des Ursijns weduwe van Daniel de Witte (bron: ONA Leiden inv nr 506-182 fol 200) transcriptie
- Op 08-10-1612 wordt Jan de Oursijns weduwnaar van Maijke Bruneels vermeld als vader van Jan des Oursijns domine te Wervershoof en man van Sara Schroijs dochter van Jan Schroijs en Janneke van Damme (bron: 518 weeskamer Leiden inv nr 431 fol 176v) transcriptie
- Op 16-01-1617 aanstelling van Jan Oursijns en Cornelis de Bije als ooms over de kinderen Hendrik (13), David (11) Laurens (9) ende Abigail (8) van wijlen Hendrik van Damme en Adriaantje Spots. Oom Godefrij Lois en ene Jan Zoete zijn doorgehaald. (bron: ORA Leiden inv nr 243 fol 56) transcriptie
- Op 22-03-1617 worden de kinderen van Adriaantje Spot en wijlen Hendrik van Damme, Hendrik (13), David (11), Laures (9) en Abigail (8) vermeld in het weeskamer archief. de behuwd ooms Cornelis de Bije en Jan Doursijns worden vermeld als voogden (bron: 518 weeskamer Leiden inv nr 286 fol 340)
transcriptie

Uit het eerste huwelijk: 7 kinderen.
Uit het tweede huwelijk:
   8. m  Francois (Francois) des URSIJNS (Dursijn) [32522].
Geb. na 1602 te ? (bron: ?), ged. ? te ?
Overl. ? te ? Begr. ? te Leiden (bron: ?).
   9. m  Hermanus (Hermanus) Jansz des URSIJNS [32541].
Geb. na 1602 te ? (bron: ?), ged. ? te ?
Overl. ? te ? Begr. ? te Leiden (bron: ?).

Eerste blad   Vorig blad Blad 544 van 627 bladen.Schema bron   Volgend blad   Laatste blad
 

Homepage |E-mail